Een stukje Hollands glorie

Aan de wand een immense foto met de skyline van Rotterdam. Op de grond een afdruk van het laadruim van een sleephopperzuiger en aan de muur een LCD scherm met prachtige beelden over het vakwerk. Bij de entree van Royal IHC word je meteen in de machtige wereld van de scheepsbouw gezogen. André Kik (51) is al meer dan 25 jaar werkzaam bij dit bedrijf en verantwoordelijk voor de baggermarkt.

“Royal IHC richt zich op vier markten: de Mining, Offshore Renewable, Offshore Oil and Gas en Dredging Markt”, begint André. Het Hollands familiebedrijf kreeg ruim zeventig jaar geleden de naam IHC en houdt zich bezig met het ontwerpen van nieuwe, grensverleggende schepen en equipment tot het realiseren van plannen door de fysieke bouw. André voelt zich als een vis in het water om voor een bedrijf als IHC te werken. “En trots om uiteindelijk het complete resultaat van ons werk te laten zien! IHC bouwt veel baggerschepen voor klanten in de Benelux, maar is ook internationaal een grote speler. Het is leuk om met al die verschillende culturen en mensen in aanraking te komen. Om van elkaar te leren en samen te zoeken naar oplossingen.”

Met de poten in de klei

Nederland heeft altijd al tegen het water moeten vechten en veel watersnoodrampen meegemaakt. “We leven nu eenmaal onder zeeniveau”, zegt André. “Het is altijd baggeren of verdrinken geweest. Veel bedrijven gingen zich daarom specialiseren in het verzetten van grond. Vroeger stonden de boeren zelf met hun poten in de klei om te graven. Vandaag de dag is dat heel anders. Er bestaan nu veel baggerbedrijven en het mooie is dat zij in hun kielzog weer bedrijven meenemen die ook van de bagger leven. Denk naast de ‘natte’ aannemers ook aan instituten en ingenieursbureaus, leveranciers en onderaannemers waar IHC mee samenwerkt. Als er een probleem is in New Orleans, Ho Chi Minh of Jakarta dan worden de Belgen en Nederlanders erbij gehaald en om advies gevraagd. In Nederland zit veel kennis en innovatiekracht dankzij een cluster van bedrijven.”

Grote projecten

In de baggerwereld wordt alles aangeduid in kosten per kubieke meter, legt André uit. De grote ommekeer voor de bagger was in 1993: dat was de start voor de schaalvergroting. De baggervloot van de internationale aannemers ging naar Chek Lap Kok in Hong Kong voor de aanleg van een immens vliegveld. “Voordat het zand gestort kon worden, moest er eerst een hoop blubber verwijderd worden”, vertelt André. “Bij dit project kwam duidelijk naar voren dat schaalvergroting veel kosten kon besparen.” Het bleek het startschot voor een schaalvergroting van baggerschepen, de zogenaamde jumbo sleephopperzuigers. “Het eerste jumbo baggerschip was de Pearl River. De helling in Kinderdijk moest verbouwd worden om deze jumbozuiger te kunnen bouwen, terwijl er op dat moment ook andere schepen op de helling gebouwd werden. De grotere schepen konden tegen lagere kosten per kubieke meter nieuw land aanleggen.” Zo begon een tijdperk van grote baggerprojecten. André vervolgt: “In Singapore bijvoorbeeld werden nieuwe gebieden opgespoten met zand voor havengebied, woningbouw en recreatieparken. Maar ook in het Midden-Oosten werden prachtige projecten afgeleverd zoals de Palm Eilanden in Dubai. We mogen daar als Nederlanders trots op zijn! Een stukje Hollands glorie, uitgevoerd door de Belgen en de Nederlanders met equipment gemaakt door Nederlandse bedrijven.”

Door vele handen

IHC is constant op zoek naar de beste oplossing voor de klant. Dat gebeurt meestal in nauw overleg, maar er zijn ook klanten die een standaard schip kopen of volledig vertrouwen op de deskundigheid van IHC-medewerkers. André: “Nadat het schip is opgeleverd geven we ook baggeradviezen en verlenen we service tijdens het gebruik van de schepen. We snappen als geen ander de wereld van onze klanten. Het bouwen van een schip kost vaak jaren. Tussen de eerste gesprekken tot de oplevering van het schip zit een lange periode. De bouw zelf kent een aantal mijlpalen zoals de start van de productie, kiellegging en natuurlijk de oplevering.” Maar de mooiste mijlpaal is voor André de tewaterlating. “Het is voor iedereen van IHC een prachtig moment om zo’n schip van stapel te zien lopen na jaren van hard werken door vele handen. Na de tewaterlating volgt nog een periode van maanden afbouwen voordat het schip gereed is voor zijn taak.”

Meebewegen

De markt verandert snel en de grootste uitdaging is dan ook om mee te bewegen. “Soms is de vraag naar baggerschepen klein”, zegt André. “We proberen dit dan te compenseren door ook actief te zijn in onze andere markten, maar soms is dit niet voldoende en moeten we inkrimpen. Het komt ook voor dat de markt plotseling omslaat en we de vraag niet aan kunnen. Met name ‘engineering’ kan een bottleneckzijn.” Om dit te verminderen heeft IHC standaard baggerschepen ontwikkeld die snel en met minimale ‘engineering’ geleverd kunnen worden.

Ook het milieu wordt steeds belangrijker. Zo is er meer aandacht voor het verminderen van de uitstoot van de schepen. Afgelopen jaar heeft IHC de eerste baggerschepen geleverd die op LNG als brandstof kunnen werken. “En denk eens aan de trend om schepen Diesel elektrisch te maken om het vermogen aan boord efficiënter te gebruiken”, vult André aan.

In het buitenland ziet het bedrijf daarnaast steeds meer druk ontstaan om lokale werkgelegenheid te creëren. “In de USA is het niet mogelijk om complete schepen van buiten de USA te leveren. Dit komt door de veranderde wetgeving, de Jones Act. Deze bescherming zien we ook in China, waar IHC alleen bij uitzondering schepen mag leveren die in Nederland zijn gebouwd. Maar ook in Zuid-Afrika en Uruguay zijn de regels voor lokale content steeds verder aangescherpt. We bouwen nu voor een klant uit Uruguay in Nederland het voorschip en achterschip. In Uruguay bouwen we het middenschip en dekhuis. IHC maakt er in Montevideo vervolgens een compleet schip van.”

Open innovatie

Nederland loopt voorop als het gaat om innovatie in de baggersector. Juist de combinatie van bouwers en gebruikers leidt tot efficiënte en grensverleggende oplossingen. Toch kunnen we nog meer kennis delen, denkt André. “Het is belangrijk om in Europa onze handen ineen te slaan, samen te innoveren en kennis te delen. Op dit moment lopen we nog voor op de rest van de wereld, maar die voorsprong wordt wel snel kleiner. Ook Chinezen hebben inmiddels groot baggermaterieel en zijn een geduchte concurrent op de internationale markt. Als IHC moeten we onze ogen openhouden en niet zelf het wiel willen uitvinden. Ik pleit voor meer open innovatie en een open mind.”

Dat zorgt ervoor dat het bedrijf constant bezig is zichzelf te verbeteren. “De toegevoegde waarde van ons bedrijf laten zien; dát is mijn drijfveer. En dat doen we onder andere door het delen van projecten met onze collega’s, leveranciers en (potentiële) opdrachtgevers in binnen- en buitenland. Sinds enige jaren laten we onze projecten uniek in beeld brengen door Eyecatcher, de filmmakers. Deze films delen we vol trots met de buitenwereld!”

“Ik wil echt iets betekenen voor onze klanten, hier, in de Benelux, internationaal, maar zeker ook voor onze medewerkers”, besluit André. “Het leveren van nieuw equipment waarmee grenzen verlegd worden en onze klanten het verschil kunnen maken, dat vind ik belangrijk.”