Sjorders zijn de echte rauwdouwers van de haven. Mannen met grote spierballen en het haar op de tanden. Mannen, jong en oud, die in mum van tijd de zware stalen stangen en spanschroeven van de containers op de schepen los moeten draaien, zodat ze er met een kraan vanaf kunnen worden gehaald. Ed van den Hoek (58) leidde honderden sjorders op, waaronder nieuwkomer Dusan Milenkovic (28) die zijn baan als barman verruilde voor het echte mannenwerk.
Ed, groot, kaal, gespierd en onder de tattoos, kijkt vol trots naar zijn pupil Dusan. Drie maanden lang leidde hij de jonge verkaasde Serv, zoals z’n vrienden hem noemen omdat zijn familie uit Servië afkomstig is, op tot sjorder voor Matrans. “Maar het duurt drie jaar voordat je het vak echt onder de knie hebt,’’ vertelt Ed.
Zelf loopt hij al heel wat jaren rond in de Rotterdamse haven en leidde hij honderden mannen op tot sjorder. Een prachtig beroep dat nooit verveeld, aldus de man die het werk al 38 jaar doet. “Het is gewoon geen dag hetzelfde in de Rotterdamse haven. En we hebben een heel verantwoordelijke baan. Zo’n beetje alle producten die je aanschaft zitten in die containers en als wij die niet goed vastzetten, kieperen ze zo in zee en kan het schip kapseizen.’’
Wanneer een schip aanmeert in de Rotterdamse haven moeten de sjorders als de wiedeweerga aan boord om de containers te ontdoen van de spanschroeven en lange stalen stangen waarmee ze zitten vastgesjord aan het schip. Eerder kan de kraan de container er niet vanaf tillen. Ed: “Hun veiligheid is het belangrijkst. Het begint al bij de gangway. Zit er geen net omheen, dan gaan we niet aan boord.’’
Eenmaal aan boord blijkt het ook opletten geblazen, want als er ruimen openliggen, kun je zo meters het ruim in mieteren. “Vroeger zijn er zoveel ongelukken gebeurt. Op een gegeven moment ben ik met mijn collega deze opleiding gaan ontwikkelen. Niet alleen om uit te leggen hoe het werkt, maar vooral om de sjorders bewust te maken van de risico’s.’’
Het aantal ongevallen neemt af en Ed wordt zelfs naar Australië gevlogen om daar een presentatie over de sjoropleiding te geven. Ed: “We hebben inmiddels een trainingscentrum gebouwd in de Waalhaven waar een dek van een schip is nagebouwd waar de jongens op kunnen trainen voordat ze het echte werk aan boord gaan doen.’’ Jongens zoals Dusan die door weer en wind dit zware werk willen verrichten.
Dusan legt uit waarom: “Ik ben opgegroeid op Katendrecht en heb zoveel schepen voorbij zien varen. Mijn vader heeft bij een lasbedrijf in de haven gewerkt en ik heb tientallen tewaterlatingen bijgewoond als kind. Dat was altijd een groot feest vroeger.’’
Als klein jongetje weet hij al dat hij ooit in de haven wil werken, toch belandt hij in eerste instantie in de horeca en werkt hij jaren als barman in cafés. Dusan: “Ik wilde gewoon wat met m’n handen doen. Een kantoorbaan is niks voor mij, maar barman wilde ik ook niet mijn hele leven blijven, dus toen ben ik uiteindelijk op internet naar een baan in de haven gaan zoeken en zo kwam ik bij Matrans uit en zag ik dat ze sjorders zochten. Nou dat leek me wel wat.’’
Dusan is sinds afgelopen maart in dienst en is helemaal in zijn nopjes dat hij eindelijk in de haven werkt. Waarom hij dit zo leuk vindt, klinkt voor hem als vragen naar de bekende (vaar)weg. “Als we met het gezin naar het strand gingen, lag ik de hele dag in het water. Ik kwam er enkel even uit om wat te eten en te drinken. Ik voel me als een vis in het water. Daarom vind ik het geweldig om nu de hele dag op het water te werken. Het blijft bijzonder om op zo’n enorm schip te staan.’’
“Als je pit hebt, hoor je hier in de haven wel thuis”
Schepen van tientallen meters hoog waar zomaar een flatgebouw van elf verdiepingen in past. Duizelingwekkende hoogtes én dieptes. Zelfs voor Ed blijft het gaaf om op zo’n schip te staan. “Ik ben vroeger stuurman geweest op de grote vaart. Ik heb de hele wereld overgevaren en toen moesten we onze eigen ladingen vastmaken, dus ik zat daar al een beetje in.’’
In 1984 gaat de geboren en getogen Rotterdammer bij Matrans in dienst. Hij blikt terug: “Destijds hadden we in de wintermaanden nog periodes dat het -20 was. De Maasvlakte was gewoon dichtgevroren en ook dan sta je aan boord van die enorme stalen stangen los te sjorren. Ik zeg altijd: je staat met je hol omhoog, met je rug bloot in de wind, regen en kou.’’
Het moge duidelijk zijn dat dit werk niet voor iedere sterveling is weggelegd. Ed: “Ja, het is zwaar werk. Zo’n stalen stang weegt 19 kilo en die moet je boven je hoofd kunnen tillen.’’ Dusan: “Ik train 5 keer in de week in de sportschool, maar sinds ik dit werk doe, groeit m’n rug als een malle. Ook m’n biceps.’’ Ed kijkt hem trots aan. “Ik zie vaak meteen wel of iemand een goede sjorder kan worden als ik weer een nieuwe lading leerlingen krijg. Je moet vooral pit hebben. Dan hoor je hier in de haven wel thuis.’’
Wat Ed zijn leerlingen als eerste aanleert, is het zogeheten LMRA (last minute risico analyse), want hun eigen veiligheid gaat voor alles. Dat betekent dat ze zelf in leren schatten wat de gevaren aan boord zijn. Dusan: “Er zijn wel 80.000 verschillende soorten schepen joh, dus het is steeds weer anders wat je aantreft als je die gangway opgaat. Soms moet je drie hoog omhoog klimmen, soms vijf. En elke spanschroef is anders, dat zijn de schroeven waarmee je de stalen stangen vastschroeft aan het dek. ’’
Vooroverbuigen om de spanschroef los te draaien en vervolgens de kilo’s zware stang boven je hoofd wegdraaien. En dat dag in dag uit. In ploegendiensten. Het loeizware werk is ongelofelijk belangrijk voor onze Nederlandse economie, maar mist nogal wat helpende handjes volgens Ed. “We zijn naarstig op zoek naar mensen. Het is lastig in deze tijd van de Playstation generatie die snel geld wil verdienen met bitcoins enzo en niet gewend is om de handen uit de mouwen te steken.’’
Vroeger stikte het in Rotterdam van de sterke en stoere mannen die maar wat graag in de haven wilden werken om de Nederlandse economie draaiende te houden. “Wat jongeren vaak niet weten, is dat we echt hele goede cao voorwaarden hebben en je wordt echt goed betaald.’’ Dusan knikt heftig terwijl Ed vervolgt: “Voor corona stonden we op de Wereldhavendagen met een grote stand en daar hielden we altijd mensen aan om te vragen of ze bij ons wilden komen werken, maar nu de Wereldhaven er niet zijn, is het lastig.’’
Dus moet Matrans het hebben van jongens zoals Dusan die inmiddels ook een van zijn maten enthousiast heeft weten te maken voor dit werk. Zijn ogen stralen: “Ja, ik vind het gewoon fantastisch.
“Als het aan mij ligt, blijf ik dit werk nog heel lang doen”
”Als het aan mij ligt, blijf ik dit doen tot ik niet meer kan.’’ Ed: “Ja, dat geldt voor mij ook. Maar ik kan echt wat helpende handjes gebruiken, dus jongens kijk even op www.werkeninderotterdamsehaven.nl voor alle beschikbare vacatures.’’ Deze job mag niet koppie onder gaan, anders komen die Playstations, koelkasten en smartphones niet meer aan wal.
In de hal van het innovation dock op RDM bruist het van de energie. Overal wordt gewerkt aan innovatie en in het midden van de...
Lees het hele artikel Toen zijn oom hem attendeerde op een baan als bootman bij de Koninklijke Roeiersvereniging Eendracht had Erik de Neef (49) geen flauw idee van het...
Lees het hele artikel