Rotterdam The Hague Airport (RTHA) wil in 2025 volledig energie-zelfvoorzienend zijn en 15% minder stroom verbruiken dan nu. Hoe ze dat wil bereiken? Door de handen ineen te slaan met onderwijsinstellingen, een solarpark aan te leggen en kennis uit te wisselen met de Rotterdamse haven. Een pittige ambitie, maar coördinator Innovatie Carlijn van der Wild heeft er alle vertrouwen in: ‘Soms moet je druk zetten om te presteren.’
De Rotterdamse luchthaven is de laatste jaren hard bezig met innoveren en verduurzamen. Deze nieuwe koers is drie jaar geleden ingezet met de komst van een nieuwe directeur en een coördinator Innovatie: Carlijn Van der Wild. ‘De nieuwe strategie, die in 2017 is ontwikkeld en in 2018 in werking is gegaan, bestaat uit vier pijlers die samen met stakeholders, omwonenden, bedrijven en gemeenten zijn opgesteld,’ vertelt Van der Wild. ‘Het verduurzamen van onze bedrijfsprestaties en het ontplooien van de luchthaven tot innovatiepartner zijn er twee van, de twee andere bestaan uit het realiseren van de ultieme passagiersbeleving en meer verbinding aangaan met de regio.’
Nieuwe economieën
Waarom voor deze nieuwe koers is gekozen? Van der Wild legt uit dat het antwoord tweeledig is. Enerzijds is de focus op innovatie en duurzaamheid een reactie op de restricties die de overheid oplegt aan Nederlandse luchthavens. Natuurlijk wil RTHA (net als andere luchthavens) graag groeien, maar dat kan niet. Dus zoekt ze naar andere manieren om haar organisatie te ontwikkelen en laten groeien. ‘Belangrijker is daarentegen de tweede reden,’ benadrukt Van der Wild, ‘Namelijk dat we vooral de buitenwereld kennis willen laten maken met een andere kant van luchthavens. We willen laten zien dat Rotterdam The Hague Airport niet alleen een vliegveld is waarvandaan je van A naar B kunt komen, maar ook een plek is waar je nieuwe economieën kunt starten en samenwerkingen kunt aangaan.’
Rotterdam The Hague Airport is ook een plek waar je nieuwe economieën kunt starten en samenwerkingen kunt aangaan.
Drukste periode
Zo werkt RTHA op het luchthaventerrein bijvoorbeeld samen met Gemeente Rotterdam. Samen hebben zij het programma Rotterdam The Hague Innovation Airport (RHIA) opgezet, waarbinnen allerlei innovatieve projecten worden georganiseerd. Een van die projecten is het verbinden van RTHA en studenten luchtvaartdienstverlening van het Rotterdamse Albeda College. In dit kader wordt op het luchtvaartterrein een schoolcampus gebouwd, om zo de leer- en werkomgeving van studenten dichter bij elkaar te brengen en als luchthaven en onderwijsinstelling direct profijt van elkaar te kunnen hebben. Van der Wild is blij met het initiatief: ‘Hierdoor krijgen studenten de kans hun opgedane kennis direct in de praktijk brengen. Dat is voor hen denk ik heel waardevol. Tegelijkertijd kan de luchthaven de studenten goed gebruiken in de zomermaanden, als de drukste periode van het jaar aanbreekt.’
Kleinschalig
Met nieuwe economieën bedoelt Van der Wild onder andere duurzaamheidsinitiatieven die op RTHA getest en gebruikt kunnen worden. Binnen en rondom RTHA zijn hiervan al verschillende fysieke voorbeelden te vinden. Neem bijvoorbeeld project FLEET, een nieuw bagageafhandelingssysteem dat sinds november 2018 in werking is en 50% minder energie verbruikt. Vanuit dit opzicht is het juist een voordeel dat RTHA zo kleinschalig is en niet fysiek mag uitbreiden, concludeert Van der Wild: ‘Doordat we niet zo groot zijn als bijvoorbeeld Schiphol, hebben we tijd en ruimte om te innoveren. We kunnen innovatieve projecten bedenken, uitzetten en testen op ons eigen terrein, zeker in het laagseizoen. Dat is absoluut een voordeel. Meestal worden ideeën dan ook bij ons getest en, indien succesvol, bij andere luchthavens geïntroduceerd.’
Doordat we niet zo groot zijn als bijvoorbeeld Schiphol, hebben we tijd en ruimte om te innoveren.
Ruimte genoeg
Een ander voorbeeld is het veelvuldige gebruik van zonnepanelen op de luchthaven. De meeste luchthavengebouwen zijn al bekroond met panelen, maar die leveren niet voldoende energie om zelfvoorzienend te zijn. Daarom onderzoekt ze nu samen met ingenieurs en veiligheidsadviseurs of ze een solarpark kan aanleggen naast de start- en landingsbaan. ‘Op die plek hebben we ruimte genoeg om een zonnepanelenpark te bouwen, alleen moeten de panelen niet het zicht van de piloten belemmeren. Daar doen we nu onderzoek naar,’ legt Van der Wild uit. ‘Als het allemaal doorgaat, hebben we een grote energiebron tot onze beschikking, waarmee we onze eigen gebouwen kunnen voorzien van stroom.’
Passende samenwerking
Inspiratie voor andere duurzaamheidsinitiatieven haalt RTHA onder meer uit Rotterdamse haven. Ze is als partner verbonden aan PortXL, een 100 dagen durend innovatieprogramma voor start- en scale-ups, waarbinnen tien geselecteerde startups intensief gecoacht worden om hun bedrijf van de grond te krijgen. Het project is in eerste instantie gericht op het bedenken en ontwikkelen van producten voor de haven, maar RTHA probeert de blik te vergroten en in de innovatieve projecten ook de luchthaven als doelgroep mee te nemen. Want, redeneert Van der Wild, in de basis zijn de haven en luchthaven grotendeels hetzelfde: beide sectoren draaien om vervoer en willen verduurzamen. Jammer genoeg blijkt het in de praktijk niet zo simpel. Van der Wild: ‘Praktische oplossingen die toepasbaar zijn op beide sectoren zijn er – nog – niet. Toch blijven we zoeken naar een passende samenwerking. Totdat die er is, hebben we genoeg kennis om uit te wisselen.’
Ilonka Poldervaart (29) en Denise Prins (35) werden vier jaar geleden verrast met een belangrijke vraag van hun vaders: willen jullie ons bedrijf voortzetten? Henk...
Lees het hele artikel Er gebeurt veel in de Rotterdamse haven. Schepen worden gelost, vrachtwagens rijden af en aan en tienduizenden mensen zorgen er 24/7 voor dat alles efficiënt...
Lees het hele artikel