Met de beentjes over de kaai

1 november 2016

Ik ben geboren als zoon van een Rotterdamse havenarbeider. Die dag, 19 maart 1989, was direct ook de eerste stap richting mijn toekomst. Lopen kon ik natuurlijk nog niet, maar de haven zou ook mijn toekomst worden. Mijn vader nam me voor het eerst mee op mijn achtste. Samen gingen we naar het bedrijf waar hij destijds werkte. Ik stel me zo voor dat ik één van vele zoons van havenarbeiders ben, die aan de hand van hun vader de eerste schreden in de haven gezet hebben.

Na dat bezoekje wist ik in ieder geval zeker: ik word net als mijn vader havenarbeider! Op de lagere school gaf ik daarna spreekbeurten over de haven. En op de middelbare school onderzocht ik de mogelijkheden om naar de havenvakschool te gaan en door te stromen naar de haven.

Tijdens mijn opleiding liep ik verschillende stages bij bedrijven in de haven. Eén van die stages bracht me bij mijn huidige werkgever; ik werk inmiddels alweer ruim zeven jaar als kraanmachinist.

Op werkdagen sta ik om 4:30 op. We verzamelen in de kantine om te horen welke taken er die dag zijn. Hoewel ik dus kraanmachinist ben, zit ik de ene dag op de kraan, maar kan ik de volgende dag ook aan dek staan. Die veelzijdigheid, maakt het werken in de haven voor mij elke dag weer een verrassing en een feest.

Die verrassing zit voor mij trouwens ook in de veranderingen die de haven doormaakt. Er komen steeds meer computers en andere technieken bij het werk kijken. Het zal ons werk en onze werkwijze voor altijd veranderen. Daardoor moet ook ik stilstaan bij mijn huidige baan en mijn toekomst. Ik oriënteer me op planning/aansturing/management. Dat is een opleiding waarin ik mijn werkervaring kan inzetten op ‘het binnengebeuren’, zoals wij dat altijd zeggen.

Er is tegenwoordig persoonsgebonden budget beschikbaar, waardoor we verder kunnen kijken. Jongens van buiten zullen op termijn steeds meer ook binnen werken. Ik vind dat de haven daardoor een enorme ‘boost’ krijgt. De jongens van buiten kennen het reilen en zeilen in de haven en hebben enorm veel ervaring. Ik zie de veranderingen in de haven dan ook als een kans om met zijn allen door te ontwikkelen.

Dat verdient de haven ook, want de Rotterdamse haven is en blijft een wereldplek. Mijn mooiste plekje? Dat is toch wel aan het water bij Hotel New York. Met de beentjes over de kaai genieten van de zon en kijken naar die mooie horizon. En niet te vergeten: met een goed glas koud bier in de hand.

 

Tekst

Fabian de Ruiter

Beeld

Lennaert Ruinen

Meer artikelen

Brand meester

24 november 2016

Brand in de haven voorkomen, beperken en bestrijden. Het is een vak apart. Dat komt natuurlijk door de omvang van het gebied: 10.500 hectare. Maar...

Lees het hele artikel

Een symfonie van havengeluiden

28 oktober 2016

Onlangs ving ik een gesprek op tussen een echte Rotterdamse en haar vriendin. Ik hoorde haar zeggen: “Ik hou van de natuur, maar er moeten...

Lees het hele artikel