In het bruisende hart van de Rotterdamse haven, waar de scheepvaart dag en nacht doorgaat, speelt HEBO Maritiemservice een onmisbare rol. Dit team van doorgewinterde vakmannen staat altijd klaar om snel in actie te komen. Of het nu gaat om een olielek, een gezonken schip of andere maritieme noodgevallen – niets is hen te gek. Vandaag maken we kennis met Bart van der Linden en Andy Tebbens, twee mannen die van aanpakken weten.
Een paar dagen voor onze afspraak ontvangen we een e-mail van Bart van der Linden, operationeel manager bij HEBO: “Zullen we op ons steunpunt afspreken? Daar staat ons materieel en liggen onze vaartuigen. Het is maar tien minuten van ons kantoor vandaan.”
Zo gezegd, zo gedaan. Stipt om half tien rijden we de Botlekweg 117 op. Achter een robuust schuifhek ontvouwt zich het terrein van HEBO: een bonte verzameling schepen in allerlei soorten en maten, stapels pallets, aanhangers en containers vol apparatuur.
Alles wat je nodig hebt om snel en efficiënt in te grijpen bij calamiteiten in de haven. Hier begint het werk van HEBO.
Bart komt ons tegemoet. Met zijn vriendelijke baard en open blik schudt hij ons stevig de hand. “Ik zit al vijftien jaar in de calamiteiten”, vertelt hij desgevraagd terwijl hij het hek opent. “Ik begon in de landbouwvoertuigentechniek, maar al snel merkte ik dat het kantoorleven niets voor mij was. Dag in, dag uit tussen vier muren zitten, omringd door papierwerk en vergaderingen – dat was niet mijn ding.” Hij schudt zijn hoofd met een grijns. “Ik zocht iets dynamischer, iets waar geen dag hetzelfde is.”
Terwijl we verder lopen, vertelt Bart over zijn start bij Wilchem, een bedrijf gespecialiseerd in milieu- en incidentenbestrijding. “Ik begon onderaan de ladder en werkte me op tot coördinator. In 2018 was ik betrokken bij scheepsbrandbestrijding en in 2022 stapte ik over naar HEBO.” Hij kijkt rond over het terrein. “Nu stuur ik zes coördinatoren aan, en zij leiden de vloot. Het werk is hectisch, maar precies wat ik nodig heb.”
Geen dag hetzelfde
We lopen richting een van de trailers die dienstdoet als werkplek. Zo’n bouwkeet met metalen traptreden, een smalle deur die piept als hij openzwaait en binnen een tafel die net groot genoeg is voor een paar koffiekopjes en een laptop. Bart gaat voorop, gebaart ons naar binnen, en terwijl we ons in het krappe zitje wurmen, komt Andy
Tebbens, incidentcoördinator, erbij. Zodra hij begint te praten, valt zijn Amsterdamse tongval op. “Ja, ik kom uit Amsterdam,” zegt hij met een grijns, zich duidelijk bewust van de impact van die woorden in de Rotterdamse haven. “En ja, ik werk hier in Rotterdam. Het begon met een klus en ik ben sindsdien niet meer weggegaan. De mentaliteit hier – niet lullen, maar poetsen – dat voelde direct goed. Als er iets misgaat, staan we allemaal klaar om het op te lossen.”
Andy vertelt verder: “Wat me echt greep, dat waren die ochtenden in de haven. De zonsopkomsten boven de industrie, dat is echt iets bijzonders. Dus ik bleef hangen, bouwde mijn netwerk op en voor ik het wist, wilde ik nergens anders meer heen. Ik woon nog steeds in Amsterdam. Als ik dat hier vertel, krijg ik altijd die blik van: ‘Wat doe je hier dan?’” Hij lacht even hartelijk. “Maar geloof me, de Rotterdamse haven… daar raak je aan verslaafd. De haven van Amsterdam valt daarbij gewoon in het niet.”
Calamiteitenbestrijding in actie
Maar laten we het hebben over waar het bij HEBO echt om draait: calamiteitenbestrijding. Van olie die in het water lekt tot gezonken schepen die de haven blokkeren of dode dieren die uit het water gehaald moeten worden – HEBO komt in actie zodra het misgaat.
Bart herinnert zich een recente situatie die flinke impact had. “Een bedrijf in de buurt had laatst 5000 liter stookolie gemorst. De olie lag over het hele wateroppervlak. Niet alleen het water was vervuild, maar ook de haven, de steigers en de schepen zaten onder een dikke laag olie.” HEBO werd direct opgeroepen. “We hebben zes dagen lang, 24 uur per dag doorgewerkt. Met een team van 30 tot 35 man stond iedereen gefocust op één ding: zorgen dat het weer schoon werd. Zwaar werk, maar de schade moest zo snel mogelijk worden beperkt.”
Spills zoals deze zijn dagelijkse kost voor HEBO. “Brandstof, chemicaliën, stookolie, hydrauliekolie – we zien het allemaal voorbijkomen. Je weet nooit wat de dag brengt,” zegt Bart.
Bart kijkt kort naar Andy voordat hij verdergaat: “Maar we doen veel meer dan alleen olie opruimen. Denk aan dode dieren die uit het water gehaald moeten worden of zeewier dat de doorvaart blokkeert.” Hij zet zijn koffie neer en wijst naar buiten. “Zwerfvuil blijft een probleem. Van een plastic zakken tot fietsen of zelfs scootmobielen die in het water worden gegooid.”
Andy vult aan: “Maar dat is nog maar een deel van het werk. We doen ook bergingen. We hebben contracten met meerdere gemeenten, waaronder Rotterdam. Als er een schip zinkt – of het nou een klein bootje is of eentje van
25 meter – dan worden wij gebeld om het boven water te halen.” Hij kijkt Bart even aan. “Daar hebben we die grote kranen voor.”
Bart knikt. “Vorig jaar hadden we bijvoorbeeld een binnenvaartschip dat verkeerd was gelost en doormidden dreigde te breken. Toen werden wij direct ingeschakeld om te voorkomen dat het echt misging. En vergeet ook de boeien en bakens niet, die door de wind of een aanvaring afdrijven. Als dat gebeurt, gaan wij eropaf om de veiligheid in de haven te waarborgen.” Andy besluit met een glimlach: “Noem het maar op. We hebben alles wel een keer meegemaakt.”
De speeltuin van HEBO
We werpen een blik uit het raam van de trailer. “Kijk,” zegt Bart terwijl hij naar buiten wijst. “Daar liggen onze schepen, van klein tot groot. Zie je die grote opgerolde oliebooms daar? Die nemen 99% van de olie op en laten het water liggen. Ze zuigen zich vol, wel 70 liter puur product. Maar voordat we die inzetten, pakken we het eerst mechanisch aan met skimmers. Pas daarna komen de oliebooms in actie om de laatste resten op te ruimen.”
‘We hebben zes dagen lang, 24 uur per dag doorgewerkt.’
Hij kijkt rond over het terrein. “We hebben ook oliekerende schermen van PVC om te voorkomen dat de olie zich verder verspreidt. En zie je die kleine bijbootjes? Die zetten we op een trailer als we naar de kleinere binnenhavens moeten. Handig als we snel moeten reageren.”
Hij wijst naar een rij tanks, hogedrukreinigers en een aanhangwagen vol met calamiteitenapparatuur. “Dit is onze speeltuin,” zegt hij met een grijns. “Die aanhangwagen nemen we mee als we kleine boten moeten bergen. Alles wat we nodig hebben zit erin: pompen, duikpakken, zuurstof… Bij grote incidenten gaat ook deze trailer mee, zodat we een mobiele uitvalsbasis hebben. Hierin kunnen we vergaderen en de calamiteit ter plaatse aansturen.”
Wanneer het gesprek op de veranderingen in de haven komt, leunt Andy even achterover en zegt: “Vroeger waren we voortdurend onderweg om de ene olievlek na de andere op te ruimen. Tegenwoordig ligt de focus veel meer op preventie en duurzaamheid. Bedrijven zijn veel bewuster van hun verantwoordelijkheid voor veiligheid en milieu. Detectiesystemen zijn veel geavanceerder geworden; alarmen slaan sneller en het Havenbedrijf houdt alles strak in de gaten. Deze veranderingen hebben een directe impact op ons werk.”
Hij zet zijn beker neer en kijkt naar Bart. “Neem bijvoorbeeld de brandstoftransitie. Biobrandstoffen brengen nieuwe uitdagingen met zich mee. Deze brandstoffen zijn kleurloos en je ziet het nauwelijks drijven op het wateroppervlak, waardoor ze veel moeilijker op te sporen zijn. Vroeger zagen we diesel makkelijk door de regenboogvlek die het achterliet. Nu moeten we veel zorgvuldiger en nauwkeuriger te werk gaan om verontreinigingen te detecteren.”
Bart knikt instemmend. “De dynamiek in ons werk is enorm,” legt hij uit. “Nieuwe technologieën en methoden ontwikkelen zich voortdurend en wij moeten bijblijven om effectief te blijven in calamiteitenbestrijding. Geen dag is hetzelfde.”
Samenwerking op z’n best
Als we afscheid hebben genomen, werpen we nog een laatste blik op het terrein. Bart loopt naast ons, een trotse glimlach op zijn gezicht. “Het is hier gewoon goed geregeld,” zegt hij terwijl hij om zich heen gebaart. “In Rotterdam werken alle partijen geweldig samen.
Rijkswaterstaat, DCMR, de brandweer… Het Havenbedrijf zorgt dat iedereen dezelfde kant op kijkt. Dat zie je echt niet overal. Ik zal geen namen noemen…”
Andy, inmiddels helemaal op zijn plek in Rotterdam, grinnikt om de subtiele sneer van Bart. Met een lachend gezicht en een scherp Amsterdams accent zegt hij: “Ach, Amsterdam is natuurlijk prachtig, maar hier in de haven voel ik me echt thuis.” Hij schudt zijn hoofd. “Verhuizen, vraag je? Nou moet je het niet te gek maken, hè!”
De Rotterdamse haven is van groot economisch belang. Maar dat hoeft niet ten koste te gaan van de natuur. Anke Dielissen wil met ARK Rewilding...
Lees het hele artikel De Rotterdamse Dominique Nieuwpoort heeft een missie, namelijk: de Rotterdamse haven mee laten gaan met zijn tijd. Met haar voormalige bedrijf Ship Support probeerde ze...
Lees het hele artikel