We denken steeds in een wereld die nog niet bestaat

26 februari 2024

De Rotterdamse Rijnhaven lag er vele jaren troosteloos bij. De Rijnhavenbrug (Hoerenloper) legde wel de verbinding met Katendrecht, maar de haven zelf was leeg en in verval. Maar dat is nu afgelopen. Peter Spakman van de Gemeente Rotterdam werkt met zijn team aan een tweede leven voor de haven.

De Rijnhaven 2.0 is straks geen haven voor schepen meer, maar een haven met een park, een strand, appartementen, kantoren, bedrijfjes, winkels en horeca. Vol met leven. De plannen kregen in 2020 al vorm met een Masterplan. Toen kon er worden begonnen. En eind 2023 kwam er land in zicht. Het opgespoten zand kwam boven water.

“Dat dempen is zo machtig mooi. Dan gebeurt er iets, je maakt iets. Of zoals een medewerker van het baggerschip zei: ‘wij veranderen de kaart van de stad’. En zo is het precies. Wij denken steeds in een wereld die nog niet bestaat. Tegen 2028 ligt hier de basis voor een nieuwe stadswijk. Een wijk die aansluit op de centrum-as van de Coolsingel en Leuvehaven, over de Erasmusbrug naar de Posthumalaan. Zoals het in de Stadsvisie van jaren terug al voorzien werd, Rotterdam Binnenstad op twee oevers.’’

Peter Spakman is zelf een geboren Rotterdammert. Van Zuid ook. Charlois. De jaren zeventig. “Ik heb er tot mijn 25e ook gewoond. Maar zoals dat toen ging, je wordt verliefd, je trouwt en zoekt een huisje buiten de stad, want in de stad kon je niet vinden wat je zocht. Zonder die stad te vergeten overigens. Na mijn hts Civiele Techniek ben ik bij het ingenieursbureau van Gemeentewerken aan de slag gegaan. Zo werkte ik aan de Maasvlakte, maar ook voor Park Zestienhoven. Een mooie tijd om met al die technische specialisten aan die projecten te werken.’’

‘We hebben veel woningen nodig en woontorens leveren die.’

Later werkte Peter mee aan onder meer de Binnenrotte, de Markthal en Katendrecht. En nu dus de Rijnhaven. “Zoals ik al zei, ik werk graag tussen plan en uitvoering. Alles regelen. Bijvoorbeeld dat de landschapsarchitecten goed samenwerken met de ingenieurs. En dat er projectontwikkelaars komen om die gebouwen te bouwen. Dat er iets tot stand komt. En dat is hier in de Rijnhaven overduidelijk, met dat nieuwe, opgespoten land. Het is mijn tweede natuur geworden. Ik ben verslaafd aan die dynamiek!’’

We lopen op een vroege dinsdagmorgen door de Rijnhavenkeet. Links en rechts aan de wanden historische foto’s van de oude Rijnhaven, die werd aangelegd tussen 1887 en 1895 onder leiding van de beroemde directeur Gemeentewerken Gerrit J. de Jongh. Het was de eerste moderne transitohaven van Rotterdam, waarbij de schepen niet alleen aan de kade lagen, maar juist midden in de haven, met de destijds grote innovatie: de drijvende elevator. Hierdoor werd het mogelijk om massagoederen rechtstreeks van zeeschepen op binnenvaartschepen ‘op stroom’ over te slaan.

Dat beeld is al tientallen jaren verleden tijd. De Rijnhaven lag lang te wachten aangepakt te worden en de maquette in de keet toont nu hoe. Grijs is bebouwing die er al staat, geel is nieuw en dat moet er tegen 2040 staan. Opvallend veel hoogbouw, hele hoge hoogbouw. “Ja, die contouren hebben wij geschetst. Maar als de grond straks rond 2028 wordt uitgegeven aan projectontwikkelaars gaan zij pas de échte tekeningen van de gebouwen maken en kan het er dus nog wel iets anders uit gaan zien. Maar we hebben in de stad veel woningen nodig, dus appartemententorens zoals we nu voorstellen leveren wel veel noodzakelijk woonoppervlak op. In de plannen is driekwart van de nieuwe ruimte voor wonen en een kwart voor een mix van bedrijvigheid, winkels voor de dagelijkse boodschappen, kantoren, voorzieningen zoals zorg, horeca en culturele functies.’’

Er zijn 3000 woningen voorzien, sociale huurwoningen, middeldure huur- en koopwoningen en dure koopwoningen. Een mooie mix die kostentechnisch uit kan én voor elk budget woningen oplevert. Spakman: “Inclusiviteit is belangrijk voor de Rijnhaven: het park en de woningen zijn er voor álle Rotterdammers.’’ Woningen die ook in een mooie woonomgeving komen te liggen, want in totaal één derde van de Rijnhaven wordt gedempt, vooral langs de oostelijke kade, bij de Posthumalaan. Peter Spakman: “Op dat nieuwe land komen de woontorens. Maar de oude kademuur mét de bolders blijft intact. Zo weet je elke dag als je de deur uit komt weer dat je ín de Rijnhaven woont. En rondom komt een park dat drijft op de noord- en zuidoever.’’

Dat drijvende park is eigenlijk bij toeval ontstaan. Peter Spakman: “In het luwe waterbekken van de Rijnhaven hebben we eindelijk de kans om de rivier te gebruiken voor recreatie. In kantoor. Deze netwerkorganisatie houdt zich wereldwijd met klimaataanpassing bezig en het Floating Office werd in 2021 opgeleverd. We hebben toen een eerste deel als pilot gebouwd voor wat straks het totale drijvend park wordt. Betonnen bakken die het verschil van 1 meter 70 tussen eb en vloed aankunnen. Dat werkt nu al 2 jaar prima, en dus gaan we analoog daaraan straks bakken met bomen, gras en bestrating te water laten, met de oude kades verbonden met steigers en loopbruggen, die meebewegen op het getij. Het water dat nu vrijwel onbereikbaar is, wordt met deze drijvende parken aanraakbaar.’’

Naast het park rondom de oude Rijnhaven komt er ook een stadsstrand. “Niet dat het strand een doel op zich was,‘’ zegt Peter Spakman. “We wilden vooral het contact met het water tot stand brengen. We hogen het land op maar bouwen geen nieuwe kade. Dan krijg je vanzelf een glooiing. En dat lijkt verdacht veel op een strand.’’

Met de klimaatverandering in gedachten wordt de nieuwe Rijnhaven ook op milieugebied een voorbeeld van stedelijke ontwikkeling. Peter Spakman: “We gaan de ruimte verdichten, efficiënt benutten. We zetten flink in op de al beschikbare twee metrostations, waardoor we minder ruimte voor de auto overlaten. De mindset rond mobiliteit moet veranderen. Fietsen, ov, deelmobiliteit, dat is de toekomst in stedelijke gebieden.’’ En vanzelfsprekend komt er geen gasaansluiting. Wél een warmteplan, met voorschriften waaraan alle woon- en werkblokken moeten gaan voldoen en waaraan de projectontwikkelaars zich hebben te houden. “Ja, moderne woningen hebben behoefte aan warmte én aan koeling. Daarom gaan we gebruik maken van de energiecapaciteit, die al in het diepe grondwater zit en goed bruikbaar is voor verwarming in de winter en koeling in de zomer. De energievraag is groot en met een warmteplan kunnen we de beschikbare capaciteit in de bodem straks netjes verdelen over alle woningen.’’

Het team van Spakman denkt ook al na over het beheer. Het duurt nog wel even, het park is pas in 2028 klaar en het eerste gebouw is dan waarschijnlijk net in aanbouw, maar toch moet daar nu al over nagedacht worden. Want er is straks nieuw land én het blijft deels water. “Dat is een hele organisatie, al de diensten die hier moeten gaan samenwerken,’’ zegt Spakman. “De Havenpolitie en Havenmeester zijn hier nog gewoon actief, het is tenslotte nu nog een haven en het blijft met de rivier verbonden. Maar er komen ook woningen én een park, dus werk voor diensten als de gemeentepolitie, buitenruimte en groenonderhoud, die hier nu nog niet actief zijn. De onderlinge afstemming willen we vr de oplevering ook in orde hebben.’’

Tekst

Peter Otte

Beeld

German Villafane

Meer artikelen

OP DE EERSTE RANG

26 februari 2024

De heavy-lift scheepskranen die bij GustoMSC in Schiedam uit de ontwerpkoker komen, zien bij de fabrieken van moederbedrijf NOV in Azië het licht. Om vervolgens...

Lees het hele artikel

Ik ken iemand die cybercriminelen betaalt

13 december 2023

Terwijl Feyenoord met dikke cijfers van Heerenveen wint en de Twentse broeders hun taak hebben gedaan door Ajax te verslaan, zit de KNVB haar wonden...

Lees het hele artikel