“Werken bij Watertalent voelt als ondernemen in een onderneming”

1 augustus 2019

Wie had gedacht dat het bureau van Watertalent – het platform dat havenbedrijven en talent op uiteenlopende manieren samenbrengt – ergens in een havenloods in Europoort zou huizen, komt bedrogen uit. Voor de afspraak met de twee jonge arbeidsmarktadviseurs Bart Verkleij en Raoul Knol toog Onze Haven naar het knusse Abbenbroek.

Het bedrijf werd tien jaar geleden opgericht door Matty van den Berg. Zelf woont ze ‘hiernaast’, vertelt ze als we onze verwondering uitspreken over het mooie vrijstaande huis waar het kantoor van Watertalent in huisvest. De sfeer is huiselijk en gemoedelijk en, zo belooft Matty, de locatie van het kantoor is perfect: “Tussen Maavlakte II en Rotterdam in, beter kan niet.” Het team bestaat inmiddels uit acht man. Watertalent helpt bedrijven in de haven zich beter te profileren én zich te verbinden met hun doelgroep; studenten, starters en professionals. Om dit doel nog beter te kunnen verwezenlijken, stelden de eigenaren een tijd terug twee arbeidsmarktadviseurs aan.

Raoul Knol (24) en Bart Verkleij (25) kennen elkaar van de studie Business Management, een commerciële studie gericht op ondernemen aan de Hogeschool Rotterdam. Raoul, geboren en getogen in Spijkenisse, koos daarna voor een minor in de maritieme sector. Bart Verkleij, afkomstig uit een echte ondernemersfamilie, kwam bij een detacheringsbureau in dienst.

Vertel, mannen. Hoe zijn jullie bij Watertalent terecht gekomen?

Raoul: “Ik heb een enorme passie voor de haven en industrie en heb eigenlijk altijd in de havensector willen werken. Iedereen in Spijkenisse doet wel iets met de haven. Ik liep stage bij RH Marine en had een bijbaan bij ECT, waar ik de kranen mocht coördineren. Matty gaf eens een presentatie op de RDMCampus. Dat sprak mij enorm aan en ik solliciteerde voor een afstudeerplek. Ik ben nooit meer weggegaan.”

Bart: “Bij het detacheringsbureau zat ik niet op mijn plek. Je zet mensen ergens neer, maar je wordt vanuit het management ook gepusht om ze weg te trekken en elders te plaatsen. Alles draait om geld. Dat voelde niet goed, dat typische ‘headhunten.’

Raoul vertelde me over zijn werk, wat hij allemaal deed op een dag. Ik kende de haven helemaal niet, maar het klonk te gek! Ik werk hier nu ook bijna een jaar.”

Wat doen jullie precies?

Bart: “Samen met bedrijven – groot en klein – zoeken we naar de beste optie om mensen te vinden en nieuw talent aan te trekken. Stuk voor stuk bedrijven gelinkt aan de haven; van containerbedrijven tot installatiebureaus, noem het maar op. We helpen hen bijvoorbeeld met een goed social media plan en zetten vacatures online. Ook zorgen wij dat de teksten voor op ons platform aantrekkelijk zijn voor hun doelgroep; niet zo’n corporate verhaal, maar juist een leuk, beeldend stukje dat sollicitanten aantrekt.”

Raoul: “Soms handelt een bedrijf zelf de sollicitaties af, maar om tijd te besparen doen wij ook vaak een eerste selectie. Hiervoor zetten wij onze Talentpool in.”

Raoul: “En we spreken natuurlijk werkzoekenden. Dat kan hier op kantoor, maar ook op één van de beurzen, informatiedagen of bij studieverenigingen. Dat maakt het werk zo leuk; de ene dag zit je bij Vopak over een nieuwe strategie te praten, de andere dag sta je voor een groep studenten te vertellen welke kansen werken in de haven biedt.”

Jullie zijn zelf ook nog maar relatief kort geleden afgestudeerd. Hoe profiteer je daarvan?

Bart: “Het is fijn dat we wat jonger zijn. Als we programma’s organiseren, presenteren we maximaal twintig minuten en altijd zo concreet mogelijk. Studenten zoeken tegenwoordig toch alles zelf op. Je moet in een kort tijdbestek echt voor een toegevoegde waarde zorgen en de spanningsboog vasthouden.”

Raoul: “Ik was een tijdje terug betrokken bij de organisatie van het Mainport Talenten Diner, het diner waarbij de CEO’s van bedrijven koken en (geselecteerde) studenten afwisselend bij hen aan tafel komen. Onwijs tof! Ik zat er in mijn tijd ook bij, nu drie jaar geleden. Ik weet nog hoe spannend ik dat van tevoren vond, maar een kwartier later bleek dat die grote CEO ook een vader is die zaterdag langs het voetbalveld staat. Het werd vaak heel gezellig.”

Wat wilde jij dan weten, Raoul, tijdens zo een gesprek met een CEO?

Raoul: “Of ze traineeships aanbieden, wat de mogelijkheden voor stages en afstuderen zijn, in wat voor team kom je te werken – dat soort dingen. HR heeft daar natuurlijk ook zicht op, maar vanuit de ondernemingsopleiding was het leuk om met een CEO te praten en te horen hoe hij het bedrijf verder wil trekken. Overigens vind ik dat bedrijven meer mogen doen met bijbanen en stages. Tijdens de opleiding weet je tegen de tijd dat je afstuderen aanbreekt nog niet eens wat er allemaal is. Je kent de grote bedrijven, maar de kleine… Niet echt. En je kreeg in onze opleiding te weinig mee over haven. Veel te weinig!”

Bart: “Precies! Ik wist niets van de haven voordat ik hier kwam werken. De eerste keer dat ik op een terminal kwam – die van ECT, en later op een ertsoverslag – keek ik mijn ogen uit. Ik ben echt een beetje verliefd geworden. Ik vond het machtig, zo gaaf. Die enorme kranen die aan het werk zijn. En de mensen spreken me aan. Niet lullen maar poetsen, het is echt zo. En dan die enorme kolencentrale. Er spuugt natuurlijk van alles uit, maar wát een ding!”

Raoul, lachend: “Toen we daar aankwamen zei Bart: ‘Ik had meer iets verwacht als een terminal zoals Schiphol ofzo’. Daar hebben we keihard om gelachen. De sfeer in de haven is altijd leuk. Lekker rauwdauwen. Toen ik bij ECT werkte, voelde de kantine een beetje als de kleedkamer na een voetbalwedstrijd. Iedereen neemt elkaar in de zeik. En er wordt echt gewerkt. Wij werken natuurlijk ook, maar als je dan zo’n helm, jas en schoenen aantrekt, ga je voor je gevoel écht wat doen. Rauwe arbeid!”

Kortom: meer stages en bijbanen bij havenbedrijven én meer haven tijdens de diverse opleidingen. Hebben jullie nog meer ideeën over hoe zaken beter kunnen?

Bart: “Meer praktijkdocenten voor de klas – kennis veroudert immers zo ontzettend snel. Ook al heb je nog zo’n schat aan kennis en ervaring, als je even uit het veld weg bent, loop je eigenlijk al achter. En we gaan straks sollicitatietrainingen geven aan studenten. We zien in de praktijk echt dat dat nodig is.”

Raoul: “We hebben net een jongen geplaats die zijn traineeship gaat combineren met zijn afstuderen. Dat is ideaal, want voor afstuderen moet een bedrijf vaak moeite doen. Je moet iemand een paar maanden begeleiden en zo’n onderzoek belandt vaak in een la… Start het traineeship een half jaar eerder, voordat diegene is afgestudeerd, en combineer het met de scriptie. Dan is iemand in ieder geval binnen en daar profiteren alle partijen van. Daar proberen we bedrijven van te overtuigen, al is dat soms lastig omdat we vaak enkel met HR aan tafel zitten.”

Bart, hoe ben jij je zelf gaan verdiepen in de haven?

Bart: “Ik heb heel veel gelezen op het platform van Watertalent. En ik ben bedrijven gaan bellen, heb mensen gesproken als we er voor een bezoek waren. Je moet nieuwsgierig durven zijn. De eerste twee weken hebben we wel tien bedrijven bezocht. Raoul en ik gaan altijd samen op pad. Dat is handig als er één van ons ziek is en een bedrijf kent gelijk onze beide gezichten. En daarbij is het gezellig! We zijn collega’s maar ook vrienden, drinken vaak een biertje samen.”

Wat is het leukst aan jullie werk?

Bart: “Het contact met al die verschillende klanten. Een tijdje terug kwamen we bij een klein verpakkingsbedrijf. Onze contactpersoon had nog nooit wat met social media gedaan. Ze vond het reuzespannend, maar besloot de sprong met ons te maken. In drie weken tijd hebben we met de profilering op ons platform twee functies vervuld. Het is geweldig als alle partijen tevreden zijn.”

Raoul: “Maar natuurlijk is scoren ook leuk, het is ook een salesfunctie en we willen zoveel mogelijk bedrijven. Maar de voldoening zit ‘m in mensen helpen, sollicitanten een warme introductie geven of een bedrijf een stap verder helpen.”

Een laatste prangende vraag: jullie zien zelf ook al die vacatures en komen bij leuke bedrijven over de vloer. Is er een risico dat jullie zelf ineens iets leuks tegen het lijf lopen en uitvliegen?

Bart: “Nee. Ik heb meerdere bedrijven gezien en kan stellen dat ik dít juist leuk vind. We worden vrij gelaten, hebben veel zeggenschap. Er is hier geen druk, er worden door Matty geen resultaten gemeten en daardoor presenteer ik persoonlijk veel beter dan bij vorige werkgevers. Een tijd terug heb ik een paar suggesties gedaan voor de nieuwe website. Die zijn allemaal overgenomen en daar plukken we nu al de vruchten van. Dat geeft voldoening!”

Raoul: “Natuurlijk hoor je leuke verhalen over bedrijven of bepaalde functies. Maar soms hoor je ook dat het lastig is om dingen te veranderen. Dat er tien keer vergaderd moet worden, dat het tijd en moeite kost om iedereen dezelfde richting op te krijgen. Daar kan ik slecht tegen. Dat is voordeel van kleine bedrijven. Voor mij voelt het hier als een onderneming in een onderneming. We kunnen snel schakelen, er is veel betrokkenheid. Maar ik droom nog steeds van een eigen bedrijf!”

Bart: “Wij hadden tijdens de studie samen een onderneming; we verkochten een soort markers die je over je boek haalde en dan verscheen de tekst automatisch in word. Dat liep na een paar dagen storm. Toen moesten alle zeilen bij!”

Raoul: “Wie weet wil ik op een goede dag Watertalent wel van Matty overnemen.” (lacht)

Tekst

Karin Koolen

Beeld

Luc Büthker

Meer artikelen

Deltalinqs Climate Program ‘Samenwerken aan de toekomst van de Rotterdamse haven’

1 augustus 2019

Voorop in de energie transitie Alice Krekt staat voor een flinke klus: als programmadirecteur Deltalinqs Climate Program magzij de bedrijven in de Rotterdamse haven voorbereiden...

Lees het hele artikel

Maeslantkering: beschermer van haven en achterland

31 juli 2019

De Maeslantkering, een meer dan indrukwekkend object, mede door de twee enorme deuren van elk 210 meter breed en een hoogte van ruim 22 meter....

Lees het hele artikel