Waterklerken

9 juni 2017

Amor Latumeten (25) is een van de weinige vrouwelijke waterklerken in de Rotterdamse haven. Na haar afstuderen in 2014 aan het Scheepvaart en Transport College solliciteerde ze op elke vacature voor waterklerk en werd even zo vaak afgewezen. “’Omdat je een vrouw bent’, zeiden ze eerlijk.” De agentschappen durfden haar ’s avonds niet alleen naar een schip te sturen. “Ze waren bang dat de crew, die soms zes tot negen maanden op zee heeft gezeten, me zou bespringen.” In oktober 2016 vond ze eindelijk haar droombaan.

Steder Group Agencies B.V. nodigde Amor afgelopen zomer wel uit voor een sollicitatiegesprek. Het bedrijf had eerder vrouwelijke waterklerken gehad dus Amor’s sekse schrok hen niet af. Haar collega Arjan van Berkum (41), zelf een voormalig waterklerk, zat bij de sollicitatiegesprekken. “Mannen kunnen net zo goed…”, begint hij zijn uitleg waarom een vrouwelijke waterklerk geen probleem is.

“…Aangerand worden”, maakt Amor zijn zin droog af.

“Nee! Ik wou zeggen: Als je een nieuwe collega kiest, kunnen mannen net zo goed tegenvallen. Wij kozen Amor omdat ze zo enorm gedreven is. Ze was vastbesloten waterklerk te worden. En we vonden haar heel stoer.”

“De haven zit in mijn genen”, verklaart Amor haar motivatie. “Ik ging als kind al met mijn vader mee. Hij werkt voor een rederij als machinist op bulkschepen. Ik vind het altijd geweldig in de haven. Ik kan me niet voorstellen dat ik ergens anders zou werken.” Amor woont in Oostvoorne en werkte hiervoor als assistent-inkoop bij Hoyer Global Transport.

Hectisch
Met Steder Group is Amor terechtgekomen bij een van de top tien scheepsagenten in de Rotterdamse haven. De agency handelt alleen al in Rotterdam circa zestig schepen per maand af; dat zijn er zo’n zes- à zevenhonderd per jaar. Vooral (olie)tankers, maar ook containerschepen, stukgoedschepen, bulkschepen en elke donderdag het cruiseschip de Aida Prima dat aanmeert voor De Rotterdam op de Wilhelminapier.

In zijn huidige functie van operator verzamelt Arjan over elk schip onder andere alle informatie die de havenautoriteiten willen hebben. Zoals wat de lading is en hoeveel, in welke tanks de olie zit, hoeveel bemanning er aan boord is en welke tien havens het schip het laatst heeft aangedaan. Arjan: “Soms weten we maanden van tevoren dat een schip komt; soms horen we het pas een uur van tevoren als een schip een last deal heeft gemaakt. Dan is het hectisch.”

Met de informatie van Arjan in de hand gaat Amor op pad. Als waterklerk is zij de schakel tussen de wal en het schip. Zonder waterklerken wordt er geen schip geladen of gelost. Veel regelt ze per mail of mobiel, maar circa veertig procent van haar diensttijd is ze buiten. Amor: “Dat maakt het werk nog veel leuker dan ik had verwacht. De eerste week was ik kapot. Ik had meer kilometers gemaakt dan normaal in een maand.”

The lady
Het beleid van Steder Group is om elk schip minimaal twee keer persoonlijk te bezoeken: bij aankomst en bij afvaart. En als een schip langere tijd in de haven ligt, gaat een van de waterklerken regelmatig ‘een bakkie doen’. Arjan: “De kapitein en de crew vinden het altijd leuk om een ander gezicht te zien. En ja soms vragen ze speciaal naar een van de waterklerken. Laatst vroeg iemand al: ‘Is the lady coming?’”

Als waterklerk verzorgt Amor alle door de havendienst en -autoriteiten vereiste administratieve en operationele taken; ze onderhoudt het contact met de kapitein en bemanning van schepen, regelt voor de scheepsleiding alle mogelijk voorkomende zaken, zoals douanezaken, het aan boord komen van passagiers en bemanning, visa en doorlaatbewijzen en boekingen van hotelaccommodaties. En verder alles wat de kapitein en crew vragen: van informatie over laden, tot beltegoed, en van een bezoek van de crew aan een van de taxfree stores in de haven, tot waar de hoeren te vinden zijn. “Maar dat laatste verzoek heb ik nog nooit gehad”, peinst Amor. “Misschien omdat ik een vrouw ben.”

Boterham
De schepen die Steder Group begeleidt zijn soms klein, soms enorm. Er óp komen is een uitdaging die geen hoogtevrees toestaat. Amor: “Mijn eerste dag moest ik tussen de EBS-Wal en het schip via een touw omhoog klimmen. Als je dan valt, val je op het beton. ‘Ooit moet je dit doen’, zei ik tegen mezelf, ‘maar niet vandaag’.”

Wanneer een schip ‘op de boei ligt’ varen de roeiers Amor erheen en klautert ze via een touwladder omhoog. Arjan: “Als het schip geladen is, ligt het diep in het water en valt dat klimmen wel mee, maar als het leeg is moet je soms wel tien meter omhoog.” Het went, stelt Amor onverschrokken. “Maar ik vraag altijd wel van tevoren hoe hoog het schip is. Dan kan ik me mentaal voorbereiden.”

Als ze komen aanvaren bij een schip vragen de roeiers haar regelmatig: ‘Vind je het niet eng?’ Amor: “Tuurlijk vind ik het eng, zeg ik dan, maar anders kan ik geen boterham kopen. Dan moeten ze lachen.” De roeiers zijn vaak zo bezorgd dat ze blijven wachten tot ze klaar is. “Dat deden ze bij mij nooit hoor”, lacht Arjan.

Eenmaal aan dek, vraagt er altijd iemand aan Amor: Who are you, mam? En elke keer als ze antwoordt: I’m your agent, weet ze waarom ze dit vak doet. “Dat gevoel van in charge zijn vind ik geweldig.”

Onverschrokken
Waterklerk is een vak dat je 24/7 en 365 dagen per jaar uitvoert. Amor werkt in ploegendiensten met nog vijf andere waterklerken, allemaal mannen, de jongste 21 en de oudste 30 jaar. Geeft dat jonge spul een kapitein wel genoeg vertrouwen? Amor: “Als ik eenmaal aan boord ben, hebben ze geen keus: Take it or leave it.”

De zelfstandigheid en vrijheid van het vak is aantrekkelijk voor schoolverlaters. De volcontinudiensten van acht tot twaalf uur zijn een uitdaging. Voor Arjan waren de nachtdiensten na twaalf jaar de reden om met het vak te stoppen. “Als je geluk had, sliep je de hele nacht, maar vaak lag je om vier uur ’s ochtends doodmoe in bed nadat je drie, vier schepen had gedaan en werd je na een uur weer wakker gebeld. Dat ik vader werd, gaf de doorslag om ermee te stoppen.”

Amor heeft nog geen nachtdiensten gedraaid. Of het haar na Arjans verhaal nog trekt? Ze verblikt op verbloost niet. “Ik ben benieuwd.”

Waterklerk tussen de wal en het schip
Over het vak waterklerk is in 2010 ter gelegenheid van het tachtigjarig jubileum van de Rotterdamse Waterklerken Vereniging een 228-pagina’s tellend boek verschenen: Spil van de Rotterdamse haven, waterklerk tussen de wal en het schip. ISBN 978-90-79231-02-7, uitgever immits | visuele communicatie.

Tekst

Esther Wienese

Beeld

Lennaert Ruinen

Meer artikelen

Haven van vlees en bloed

9 juni 2017

Havenwethouder ben je niet alleen op het stadhuis, maar júíst in de haven. Daar gebeurt het. Dus ga ik regelmatig op werkbezoek bij de bedrijven...

Lees het hele artikel

Havenwerker van het jaar!

9 juni 2017

Ed van den Hoek (54) is trots. Trots op de Rotterdamse haven, maar ook een beetje op zichzelf. Hij werd benoemd tot Havenwerker van het...

Lees het hele artikel